Zwerven
Ben je klaar met je werk en is thuis alles in orde, dan zwerf je lekker wat rond op je ouwe fiets, je haalt die oude stormtent van de vliering of je gaat naar je ouwe stalen boot in de haven, of anders, je wagen, de trein, of de veerboot.
Vaak als wij met de boot onderweg zijn vanuit Zwartsluis richting Steenwijk en verdere passeren wij Giethoorn. Een enkele keer leggen wij dan ook daar aan. Wij gaan dan even op de kant soms de fiets mee, maar soms ook wandelend.
Dat wandelen in zo’n toeristenfuik heeft wel een risico 😉 Je bent even van boord van je eigen schip, omdat je even de benen wilt strekken, wordt je aangehouden door een vakantiewerker; “Willen jullie een rondvaart maken?”, “NEE! We zijn met onze eigen boot”.
Blijf je ook slapen en wil je rond 8 uur nog ergens een ijsje halen, ook dan heb je een probleem. Tussen 9 en 6 is er van alles open en van alles te krijgen, maar… zijn om 7 uur ’s avonds de dagjesmensen weg, dan is Giethoorn nog steeds mooi, maar wel een beetje een spookdorp.
Rond 1200 vestigden leden van de sekte van de Flagellanten zich in het uitgestrekte veengebied waar nu Giethoorn ligt. Zij maakten hier de 1e Nederlandse veenkolonie. In de 14e eeuw werd de 1e kerk in Giethoorn gebouwd, een Katholieke. In de 2e helft van de 16e eeuw vestigden zich doopsgezinden in Giethoorn. Toen begon ook de natte vervening, door toenemend turfvervoer werd onder meer de Dorpsgracht gegraven. Hierlangs gingen zich later steeds meer mensen vestigen, ook veel boeren. Door de vervening ontstonden rond Giethoorn uitgestrekte meren zoals de Bovenwijde. Bijzonder van deze meren is dat het water er vaak niet meer dan een meter diep is. Het Gieterse Meer tussen Giethoorn en Blokzijl is het enige meer in de regio dat niet door vervening, maar in de ijstijd is ontstaan.