Omhuizen
Je hoeft niet altijd weg, na de werkdag of op een vrije dag lekker in je eigen omgeving. Lekker thuis, Omhuizen!
De vuilnisbak met plastic was weer vol. Even wegbrengen naar de plasticcontainer een halve kilometer van huis en in de vijver achter die container zwommen een aantal smienten.
De smient (Anas penelope) is een middelgrote grondeleend uit het noorden van Europa en Azië, die ’s winters ook in groten getale in Nederland voorkomt, ergens anders ‘Omhuizen’ kwamen wij dan weer eens kuifeenden dit zijn geen grondel- maar duikeenden tegen.
Mannetjes herken je aan hun oranjerode kop met een geel voorhoofd. Onder de kop is een gedeelte zalmroze en naar achter de grijze onderdelen. Het achterste gedeelte is zwart. Ze hebben een relatief korte, grijze snavel. Vrouwtjes zijn minder getekend dan mannetjes en grotendeels bruin. Het geluid van de mannetjes is een hoog “piiew piiew” en van vrouwtjes “rarr”. Deze roep heeft ze de bijnaam “fluiteend” gegeven. De lengte bedraagt 75 tot 86 cm, de vleugelspanwijdte 81,5 cm.
Ze foerageren op grasland met duizenden tegelijk. Ze eten voornamelijk gras, groene planten en waterplanten. Het legsel bestaat uit zes tot negen roomkleurige eieren, die door het wijfje gedurende 24 dagen worden bebroed. Smienten komen in de zomer voor in Noord-Scandinavië en Siberië. Schaars broeden ze ook in Nederland. In het najaar trekken de eenden in groten getale naar het zuiden en zijn te vinden op plassen en in poldersloten in Midden- en West-Europa, dus ook Omhuizen.